Als de BMW M3 je wat te gortig is, kan je altijd nog kiezen voor de 340i. Dit model staat een trede lager op de ladder. Eerder was de typeaanduiding altijd 335i, maar daar is nu dus verandering in aangebracht. Het vermogen is vastgesteld op een loeisterke 326pk en daarmee duurt een sprint naar honderd slechts 5,1 seconden. Deze waarde haalde de vorige generatie M3 en dat geeft aan hoe snel de ontwikkeling gaat. De topsnelheid is uiteraard begrensd op 250 kilometer per uur. Door zijn anonimiteit schreeuwt de 3-serie niet de agressiviteit uit die zijn grote broer wel heeft. Zolang je geen optisch pakket besteld, oogt het geheel uiterst ingetogen. Natuurlijk, de 3-serie heeft een facelift meegekregen en is daardoor nog fraaier. De uiterlijke wijzigingen bleven wel redelijk beperkt tot de voor- en achterlampen.
Voor liefhebbers van mooie dashboards moet het een feest zijn. De afwerking is subliem voor deze klasse en de knoppen liggen goed onder handbereik. Het is super eenvoudig om de functionaliteiten in het multimediasysteem te vinden. De centrale knop is op de middenconsole geplaatst en biedt de mogelijkheid om acties snel uit te voeren. We hebben het al wel eens eerder gezegd, maar samen met Mazda behoort BMW tot de merken die dit het beste hebben geregeld. De lederen stoelen laten zich uiteraard verwarmen en elektrisch verstellen. Net als in een ‘gewone’ 3-serie is er ruimte naar behoren op de achterbank. Drie volwassenen kunnen er plaatsnemen, maar het is geen pretje. Naar onze inschatting is het net iets ruimer dan de onlangs getest Jaguar XE. Voor meer ruimte moet je echter uitwijken naar een 5-serie, wanneer je in Beierse sferen wilt blijven.
De Beier is in tal van verschillende motoren verkrijgbaar. Dieselen kan met opvolgend de 316d, 318d, 320d, 325d, 330d en 335d. Alleen de laatste twee beschikken nog over een machtige zescilinder. Het vermogen van de diesels is 116, 150, 190, 218, 258 en 313pk. Naast deze zes verschillende dieselmotoren zijn er ook nog vijf benzinemotoren leverbaar, en een plug-in hybride. Het voert te ver om hier in detail op in te gaan, maar het lijkt duidelijk: BMW heeft met de 3-serie voor iedereen afzonderlijk zijn ideale motorisering. Voor echte sportiviteit lijken ons alleen de 335d – een machtige zescilinder diesel met 313pk – de 340i en de M3 in aanmerking te komen. Zoals gezegd testen we de 340i. Bij het starten van de motor valt onmiddellijk op dat er gigantisch veel potentie aanwezig is. De kenmerkende zescilinderbrul laat van zich horen. Toch valt dit geluid door de zeer goede isolatie vrijwel weg, ook bij accelereren. En dat is jammer, want deze motor wil je horen brullen. Nu ben je verbannen tot het opzoeken van een tunnel, voordat je de motor in alle glorie hoort.
Het stuurgedrag is zoals we dat van BMW gewend zijn plus nog een tandje extra. De kernwoorden zijn: strak, sportief en uiterst precies. Wanneer je een bocht instuurt gaat dit eenvoudig en scherp. Het onderstel geeft geen krimp, uiteraard is er van overhellen geen enkele sprake. Vooral de achterwielaandrijving zorgt voor veel rijplezier. Het vermogen is al vanaf zeer lage toeren volop beschikbaar en dit zorgt voor extra rijplezier. De achttrapsautomaat schakelt vlijmscherp en zeer snel door de versnellingen waardoor je geen last hebt van de schakelmomenten. Alles is op pure sportiviteit en rijplezier gericht. Daardoor gaat het rijden bijna nooit vervelen. We noemden het al: qua prestaties doet de 340i niet veel onder voor de M3. Laatstgenoemde blinkt uit in net wat extra power, een nog sportiever rijgedrag en het unieke karakter. Maar – van een allround karakter is geen sprake. Daar scoort de 340i precies de punten mee. Dus voor de sportieve rijder die een alledaagse oplossing wil, is dit een uitkomst.