De Jaguar XF heeft het uiterlijk van een supersporter met prachtige achterlichten die het sportieve karakter benadrukken. Twee sportieve uitlaten versieren de achterzijde en de subtiele letter “s” verraad dat het hier niet om de standaard zescilinder met 240 pk gaat, maar om de zeer krachtige drieliter zescilinder dieselmotor met maar liefst 275 pk aan boord met een bijhorend koppel van 600 Nm. Menigeen kijkt deze ‘beauty’ na en vele jaloerse blikken zeggen genoeg.

Binnenin is het een feest wat luxe betreft. Naast een prachtig vormgegeven dashboard en heerlijk zittende (verwarmbare) voorstoelen valt ons op dat de bediening van de transmissie bij het contact maken uit het middenconsole oprijst. Daarnaast worden de ventilatieroosters ook pas zichtbaar bij vertrek. Het navigatiesysteem is vrij eenvoudig te bedienen en kennen we uit verschillende auto’s van de bodem van het Verenigd Koninkrijk. Ook achterin hebben passagiers niets te klagen. Naast voldoende been- en hoofdruimte biedt het fantastisch zittende stoelen en heeft men beschikking over individuele ventilatieroosters.

Aan boord bevindt zich zoals gezegd een drieliter dieselmotor met een vermogen van 275 pk. Bij het starten komt een sportieve brul vrij. Aan het motorgeluid te horen hebben we direct in de gaten dat het gaat om een zescilinder, hoewel bij het vloeren van het gaspedaal het motorgeluid niet overdreven naar voren komt. Het accelereren gaat vlot, want in een nette 6,4 seconden is vanuit stilstand de honderd kilometer per uur bereikt. De soepele motor zorgt voor een geruisloze overschakeling en zodoende zit men ongemerkt al op hoge snelheden. Aan het windgeruis bij de spiegels is op 120 km/u te horen dat het aan isolatie niet ontbreekt, ook niet op hoge snelheden.

Eerder hebben wij de met deze auto vergelijkbare Mercedes E350 CDI getest. Deze heeft eveneens een drieliter zescilinder dieselmotor, maar een vermogen van 231 pk. Qua acceleratie blijft de Mercedes achter bij de Jaguar, eerstgenoemde doet er namelijk 6,8 seconden over om van stilstand op honderd kilometer per uur te komen. Het comfortverschil tussen deze auto’s is nauwelijks te merken, ondanks het Airmatic comfort systeem van de Mercedes. Het imago en het uiterlijk van de Jaguar komt ons echter nog exclusiever over en dat kan voor kopers doorslaggevend zijn. Daar lever je bij de Jaguar wel in op bepaalde opties, zoals het kostbare maar zeer handige adaptieve cruise controle systeem en een aantal andere veiligheidsvoorzieningen.

Hoewel het vermogen van de Jaguar is toegenomen, is het verbruik verminderd. Volgens de fabrieksopgave is er slechts 6,8 liter diesel nodig om honderd kilometer te reizen. In de praktijk blijkt dat de fabrieksopgave zelden wordt gehaald, maar bij de Jag is de fabrieksopgave nog wel te realiseren. Daarbij moet wel aangetekend worden dat daarvoor een uiterst voorzichtige rechtervoet voor vereist is. Aan de veiligheid is zeker gedacht, rondom zijn er airbags, negen stuks in totaal. Dat geeft een gerustellende gedachte.

In een tijd waarin het milieu steeds belangrijker wordt, staat ook altijd de vraag centraal in hoeverre een auto voor het milieu verantwoord kan zijn. De Jaguar XF heeft wellicht het uiterlijk waardoor voorbijgangers jaloers kunnen worden. Op verjaardagsfeestjes en bedrijfsuitjes kan men echter gerust aankomen met de Jag zodra je laat zien dat de wagen een C-label heeft. Wanneer een koper op zoek is naar een sportieve, exclusieve en zakelijke auto en bijna honderdduizend euro te besteden heeft, is bij de Jag aan het juiste adres. Het uiterlijk is bijzonder en exclusief, het interieur is overdekt met weelde. Wanneer het uiterlijk bewust ingetogen moet zijn vanwege zakelijke- en/of privéredenen, is het wellicht handiger om te kiezen voor de andere spelers in het E-segment, zoals de Mercedes E350 CDI, de Audi A6 3.0 TDI of de Infiniti M30.