Mini is hot, Mini is happening. Een bijzonder uitgedost testexemplaar staat ditmaal tot onze beschikking. De Mini John Cooper Works (JCW) is de allersnelste Mini van het moment. Met 6,1 seconden wordt honderd kilometer per uur bereikt en het feest is bij 246 kilometer per uur pas afgelopen. De testauto die wij rijden is bovendien uitgedost in John Player Special-uitvoering, verwijzend naar de geschiedenis van het merk. Op de weg trek je behoorlijk veel aandacht. De meeste medeweggebruikers vermoeden echter niet dat je de allersnelste Mini van dit moment rijdt. Eenmaal het gaspedaal ingedrukt laat je ze verbaasd achter.

De uiterlijke gelijkenissen met zijn minder krachtige broertjes zijn maar beperkt, want dankzij een imposante snuit, brede velgen en sideskirts maakt de auto gelijk indruk. De typeaanduiding zit zowel op de grille als aan de zijkant bevestigd. Binnen is het een feest der herkenning. Voor mini-rijders is het uiterst eenvoudig, zij vinden gemakkelijk de weg. Ergonomisch zit het prima in elkaar, vooral het navigatiesysteem dat centraal is verwerkt in het dashboard is een grappig optisch detail. De stoelen zitten als gegoten en vormen zich als het ware naar je lichaam. Bovendien is het horizontale zittingsvlak te verlengen, ideaal voor mensen met lange benen. Gek genoeg zijn de stoelen niet automatisch te verstellen, je zou het wel verwachten voor een prijs van meer dan 50 mille. Op lange afstanden is het goed uithouden. Achterin is er ook plaats voor twee volwassenen, mits ze een lengte hebben tot 1 meter 85. De bagageruimte is met 211 liter prima, maar niet meer dan dat. Een weekendje weg met vier vrienden moet desalniettemin mogelijk zijn.

Het rijden in de Mini John Cooper Works draait natuurlijk op pure sportiviteit. Zodra de motor is gestart kan het feest gaan beginnen. Onder de rechtervoet staan 231 paarden ter beschikking, dat zijn er fors meer dan in de Cooper S. Laatstgenoemde moet het doen met 192pk. Gelijk valt op dat de motor ontzettend weinig moeite heeft om grote stappen te zetten. Het gewicht van 1195 kilo is een makkie voor de krachtbron. Het stuurwiel is lekker dik en ligt goed in de hand. Tijdens het rijden komt de ‘kart’ in de auto naar boven. Bochten kunnen in hoog tempo worden afgeraffeld, de motor ligt heerlijk aan het gaspedaal en het stuurgevoel is uiterst precies. Hoewel je het onderstel wellicht oncomfortabel zou verwachten, valt dit wel mee. De vering en demping zijn uiteraard op een sportief rijgedrag ingesteld, maar het is geen stuiterbak. Dat laatste ervaar je uitsluitend op een klinkerweg, maar daarvan zijn er nog maar weinig in Nederland.

De Mini John Cooper Works is een feest om in te rijden. Meer nog dan in de Cooper S heb je kracht voorhanden en gaat ‘ie er als een speer vandoor. Het onderstel, de gasrespons en het stuurgedrag zijn dankzij de ingenieurs uit Duitsland allemaal uiterst nauwkeurig op elkaar ingesteld. Je voelt gewoon dat deze auto klopt. Het moet de ultieme jongensdroom zijn om deze Mini te bezitten. Het hoeft echter niet alleen maar hard te gaan, pa kan ook gerust een keer de sleutels in handen nemen. Want ondanks het sportieve rijkarakter is het ook gewoon goed mogelijk om rustig te rijden. Het agressieve uiterlijk hoeft dus niet altijd te worden bevestigd. Voor het dagelijkse verkeer is de auto gewoon goed inzetbaar, en dat is best knap. Het is altijd weer een hele zoektocht om de juiste balans te vinden, maar in de nieuwe Mini John Cooper Works is dat zeker gelukt.