Nissan heeft de laatste jaren twee zeer opmerkelijke modellen gelanceerd: de Cube en de Juke. Eerstgenoemde heb ik enkele dagen gereden ten tijde van mijn stage bij Autoweek, toen de Cube in de duurtestvloot zat. Het viel toen enorm op hoeveel bekijks je hebt in dit model. De andere bijzondere eend in de bijt is de Nissan Juke. Wij hebben de krachtigste variant met CVT-bak getest en zochten uit wat de aantrekkingskracht van deze zonderling is. Bovendien is ‘onze’ testauto uitgerust als Tekna, de meest luxueuze uitvoering. Inmiddels zijn er immers al meer dan drieduizend exemplaren verkocht en daarmee mag Nissan al best tevreden zijn. Het uiterlijk van de Juke is op z’n zachtst gezet opmerkelijk. De grote koplampen aan de voorzijde vallen op en de pompeuze bumper geeft een bijzondere aanblik. Aan de achterzijde zijn de lampen smal gevormd en dat zorgt voor een ietwat fragiele indruk. Het interieur ziet er redelijk fris uit. Helaas zijn de materialen van niet al te hoogwaardige kwaliteit gefabriceerd en is het voornamelijk hard plastic op het dashboard.

Het lederen stuurwiel voelt daarentegen goed en solide. Hier is -zoals bijna gebruikelijk op de meer luxueuze uitvoeringen- de bediening van audio- en cruise controle te vinden. De ruimte binnenin valt een beetje tegen. Met een kofferruimte van 207 liter is de Juke al niet de grootste, en achterin is het voor volwassenen behelpen met zowel hoofd- als beenruimte. Vooral voor langere ritten is dit dus nauwelijks uit te houden. Daarbij moet wel aangemerkt worden dat dit pas aan de orde is bij een lengte vanaf circa één meter tachtig. Voorin is het wel prima uit te houden. Ook de beenruimte is daar in orde en de lederen en verwarmbare zetels zitten voortreffelijk. Tijdens het rijden valt gelijk op dat het onderstel van de Juke behoorlijk stug is. Oneffenheden in de weg krijg je goed mee in de cockpit en dat zorgt ervoor dat lange ritten niet zo aangenaam zijn.

De keerzijde van de medaille is dat bochten zeer sportief kunnen worden genomen, ondanks dat de afmetingen van de Juke anders zouden doen vermoeden. Onder de motorkap ligt de meest krachtige motor die in dit model leverbaar is en heeft een vermogen van 190pk. Daarmee heb je ruim voldoende voor alle omstandigheden. Een sprintje naar honderd kilometer per uur kost iets minder dan achtenhalve seconde en de topsnelheid ligt -volgens fabrieksopgave- exact op tweehonderd kilometer per uur. Aan boord van ‘onze’ test-Juke bevindt zich een CVT-bak.

Bij voluit accelereren klinkt er daardoor helaas een indringend geloei tot de inzittenden door, hetgeen niet echt bevorderlijk is voor de snelheidsbeleving. Daarnaast heb je het idee dat ‘ie er behoorlijk veel moeite voor moet doen, terwijl dit uiteraard niet het geval is. Een ander nadeel van deze bak is dat het verbruik behoorlijk de pan uitrijst. Over meer dan drieduizend kilometer verbruikte de Juke gemiddeld elf liter op honderd kilometer, omgerekend is dat dus elke negen kilometer een liter benzine.

Ten tijde van de hoge benzineprijzen ben je daardoor voor een rit van honderd kilometer bijna twintig euro aan brandstof kwijt. Met een Nissan Juke rijd je iets bijzonders. Je krijgt veel bekijks onderweg en het sportieve karakter zal veel mensen aanspreken. Daarnaast is de Juke al behoorlijk gunstig geprijsd. Voor circa 18 mille staat er al een op de oprit met een redelijke standaarduitrusting. De CVT-bak zouden wij links laten liggen, er is immers een handgeschakelde versie met 190pk.