Een sportieve auto komt het best tot zijn recht in een blauw jasje. Althans, dat zijn wij van mening betreffende een groot van het wagenpark. Eerder reden we de Opel Astra OPC in een agressief blauwe kleur, hetzelfde geldt voor deze Insignia OPC. Onlangs heeft het Duitse merk deze gefacelift en het topmodel kon daarom niet achter blijven. In de huidige verschijningsvorm ziet ‘ie er niet uit als een lieverdje, zeker niet met de 20-inch grote wielen en luchthappers op de voorzijde. Ietwat ingetogener is de achterkant, alleen de twee forse uitlaten verraden dat het geen conventionele Insignia is.

Gewoon is ook zeker niet de motor. We mogen wel stellen dat deze zescilinder in dit segment de laatste der Mohikanen kan worden genoemd. Daar waar een V6 tien jaar geleden nog geen uitzondering was in het segment van middenklassers, is het inmiddels goed zoeken naar een dergelijke motor, het Duitse trio Mercedes, BMW en Audi uitgezonderd. De 2.8 zescilinder benzinemotor in de Insignia OPC levert 325pk en 400nm koppel. Bij het vloeren van het gaspedaal komt de 1700 kilo zware Duitser in beweging en klinkt er een zware brul. De motor heeft even toeren nodig om echt vaart te maken, maar eenmaal op dreef lukt het om in zes seconden op de honderd kilometer per uur te komen. Dankzij een performance package is de topsnelheid niet begrensd op 250 kilometer per uur, maar kan er indien nodig zelfs 270 op de klokken verschijnen. Op de Duitse autobahn maak je daarmee in elk geval faam.

Het gemiddelde verbruik van de Insignia OPC is op papier al hoog. Dat komt vooral door de gedateerde techniek, alhoewel we daarmee geen afbreuk willen doen aan de fantastische kwaliteiten van deze auto. De fabrieksopgave voorspelt 10,7 liter per honderd kilometer, een slordige 1 op 9,5 kilometer dus. In de praktijk is dit met een kalme rechtervoet haalbaar, maar veel zuiniger wordt het niet. En in principe hoeft dat ook niet voor een sporter uit dit segment. Opvallend is de enorme rust aan boord, ook op hoge snelheden. Het lijkt alsof je een stuk langzamer rijdt dan de snelheidsmeter aangeeft. De automaat schakelt soepel door de versnellingen en hapert slechts zelden. Drempels voel je nauwelijks, maar bochten kunnen scherp worden genomen. Dat verraad in feite ook het karakter van deze auto: het wordt nooit keihard, maar het is meer een comfortabele cruiser die van hoge snelheden houdt en waarmee je met de topsnelheid vrijwel iedereen op de autobahn afbluft.

Het interieur ziet er voornaam, degelijk en modern uit. Hoewel er veel knoppen op het dashboard zijn, ziet het geheel er niet rommelig uit. Dat geldt wel voor het stuurwiel. Helaas zijn hier teveel knoppen waardoor je het overzicht snel kwijt raakt. We tellen alleen op het stuur al zestien(!) verschillende knopjes voor de bediening van audio, navi en cruisecontrole. Op het middenconsole vinden we een touchpad, dat dient voor de bediening van het multimediasysteem. Dit systeem vergt zeker enige gewenning, maar eenmaal je eigen gemaakt werkt het prima. De auto is verder ook behoorlijk praktisch. Zonder moeite kunnen er vier volwassenen mee, en als het moet zelfs vijf. Ruimte voor de bagage tijdens een lange reis is er ook voldoende, met 500 liter kan je heel wat meezeulen.

De Opel Insignia OPC is een unieke auto. Niet alleen door zijn kenmerkende zescilinder die vrijwel nergens meer gevonden wordt, maar ook dankzij het comfortabele karakter in combinatie met een enorme bak aan power. Helaas wordt een hoge CO2-uitstoot in dit land beboet, hetgeen leidt tot een basisprijs voor deze auto van 73 mille. Kleed je ‘m dan helemaal compleet aan, kom je uit op een slordige tachtigduizend euro. En dat is wel even slikken. Wanneer je echter het totale plaatje bekijkt, verdient de Insignia OPC zeker aandacht.