De Leapmotor C10 is een nieuwe naam op de Europese markt, maar zeker geen onbekende in de wereld van elektrische mobiliteit. Het merk komt uit China, waar het in korte tijd flink aan de weg heeft getimmerd met betaalbare elektrische modellen. Sinds kort maakt Leapmotor deel uit van de Stellantis-groep, het concern waar ook bekende merken als Peugeot, Opel, Fiat en Jeep onder vallen. Die strategische samenwerking is bedoeld om Leapmotor toegang te geven tot de Europese markt, terwijl Stellantis op zijn beurt profiteert van de snelle ontwikkeling en productiecapaciteit van de Chinese fabrikant. De C10 is de eerste Leapmotor die officieel naar Europa komt, en hij is meteen een opvallende nieuwkomer.

In het segment van elektrische crossovers valt de Leapmotor C10 op door zijn scherpe prijs. Met een vanafprijs die maar liefst tienduizend euro onder die van de Opel Grandland Electric ligt, biedt deze auto opmerkelijk veel waar voor zijn geld. Toch voelt het zeker niet alsof je in een goedkope auto zit. Het ontwerp is modern en herkenbaar, met een eigen gezicht dat niet direct afgeleid lijkt van andere modellen. Waar veel Chinese auto’s worden beticht van het klakkeloos kopiëren van Europese of Japanse ontwerpen, heeft de C10 een eigen signatuur, zowel vanbuiten als vanbinnen.

Binnenin biedt de C10 meer dan voldoende ruimte. Volwassenen zitten zowel voor- als achterin ruim, en ook de bagageruimte oke bemeten met 435 liter. De eerder genoemde Grandland doet meer dan 100 liter er bovenop. De stoelen zijn prettig gevormd en het zicht rondom is prima. Het interieurontwerp is strak en modern, met een groot centraal scherm dat dienstdoet als hart van het infotainmentsysteem. De materiaalkeuze is overwegend goed, al zijn er hier en daar details die doen denken aan het prijsniveau – bijvoorbeeld harde kunststoffen op plekken waar je je hand vaak laat rusten. Toch is het al met al een prettig verblijf, zeker voor wie comfort en ruimte belangrijker vindt dan luxe.

Qua prestaties weet de Leapmotor zich positief te onderscheiden van bijvoorbeeld de Opel Grandland. De sprint van 0 naar 100 kilometer per uur neemt 7,5 seconden in beslag, wat anderhalve seconde sneller is dan de Opel. Daarmee is de C10 nog steeds geen sportwagen, maar hij voelt wel vlot en alert aan in het verkeer. Voor dagelijks gebruik is dit meer dan voldoende, en het maakt de auto geschikt voor zowel stadsverkeer als ritten over de snelweg. Ook de elektrische aandrijving is netjes op orde: de auto rijdt redelijk stil, soepel en zonder horten of stoten.

Toch is er één aspect waarin de Leapmotor C10 behoorlijk tekortschiet: de gebruikerservaring rond software en bediening. Het meest frustrerend zijn de talloze piepjes en waarschuwingen die de auto constant produceert. Elke rit begint met het handmatig uitzetten van een hele reeks meldingen – denk aan rijhulpsystemen, waarschuwingspiepjes en andere notificaties. En het ergste is: je kunt deze instellingen niet blijvend aanpassen. Elke keer opnieuw moet je ze uitschakelen, en dat is ronduit irritant. Het doet af aan het gebruiksplezier en voelt als een gemiste kans, zeker voor een auto die op andere fronten prima presteert.

Ook het ontgrendelen van de auto verdient serieuze kritiek. De auto is voorzien van een systeem waarbij je via aanraking van een pasje op de buitenspiegel kunt ontgrendelen, maar dit werkt in de praktijk bijzonder slecht. Vaak reageert het systeem niet, of pas na meerdere pogingen. In de regen of kou wordt dat al snel een bron van ergernis. Voor een moderne EV voelt dit als een onnodige barrière, en het is een pijnpunt dat dringend aangepakt zou moeten worden.

Samenvattend is de Leapmotor C10 een verrassend goede EV voor zijn prijs. De ruimte, het design en de prestaties zijn dik in orde, zeker gezien het prijsverschil met Europese concurrenten. Maar de hinderlijke piepjes en het frustrerende toegangssysteem gooien flink wat roet in het eten. Wie daar doorheen kan kijken, krijgt een ruime, moderne en betaalbare elektrische auto. Maar wie gevoelig is voor kleine dagelijkse ergernissen, denkt er misschien nog even over na.